Getal Koreaans Chinees
1 Hana (hanNAA) Il (iel
2 Tul (Toel) I (ie)
3 Set (set) Sam
4 Net (net) Sa
5 Tasot (tasSOT) O (Oo)
6 Yosot (josSOT) Yuk (joek
7 Ilgop (ielKOP) Chil (tsjiel)
8 Yodol (jooDOL) Pal
9 Ahop (aHOP) Ku (kuu)
10 Yul (joel) Sip

Rangtelwoorden worden in het Chinees aangegeven m.b.v. de toevoeging ‘Jang’ (dsjang) achter het telwoord.
Bijvoorbeeld : de eerste poomsae = Poomsae Taegeuk il jang